Lef, Ontboezemingen

Onzeker, maar toch assertief: kan dat? (Of, hoe ik mijzelf uit de Wajong wil werken)

Op vakantie in Zwitserland, naar een concert of een festival, veel lezen en hardlopen, nieuwe dingen leren… ik ben van plan om er in 2018 vooral een heel leuk jaar van te maken. Maar terwijl ik zo mijn lijstje met leuke doelen maakte, besefte ik dat er één doel is dat al dat leuks ontstijgt. Een doel waar ik al een paar jaar naar toe werk en waarvan ik nu denk, dit is het moment:

Ik wil uit de Wajong

Voor wie niet weet waar ik het over heb; de ‘oude’ Wajong (van vóór de Participatiewet) is een ondersteuningsregeling voor mensen die (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn door een ziekte of handicap, die zich al voor hun 18e of tijdens hun opleiding openbaarde. Kort gezegd, een uitkering voor mensen die door hun beperking nooit of niet zonder ondersteuning de reguliere arbeidsmarkt konden betreden.

Waarom Wajong

Ik werk nu al bijna 5 jaar met een Wajong-indicatie bij mij huidige werkgever, waarvan zo’n anderhalf jaar zonder enige begeleiding van een jobcoach. Ik heb veel geleerd de afgelopen jaren en veel in mijzelf overwonnen. Het vangnet van de Wajong heb ik niet meer nodig. Sterker nog, het begint steeds meer als een net te voelen dat mij gevangen houdt. Een luxe-positie die voor veel Wajongers niet is weggelegd, dat ben ik me zeer goed bewust. Daarom voel ik me des te meer verplicht om, met grote dankbaarheid voor alles wat de ondersteuning voor mij heeft mogelijk gemaakt, de Wajong vaarwel te zeggen. Dat geld moet gaan naar mensen die het écht nodig hebben (zeker nu ze het verdorie met nog eens 5 procent minder moeten doen, hoera Participatiewet!).

Ik weet dat ik het kan; op eigen benen staan, werken en functioneren zoals mijn ‘reguliere’ collega’s dat ook elke dag doen. Er is nog slechts één hobbel: mijn baas er ook van overtuigen dat ik het kan. Én dat ik het daarmee dus waard ben dat ze me de volle pond gaan betalen voor wat ik doe (nu wordt mijn loon als het ware nog deels door het UWV betaald in de vorm van een uitkering).

Openlijk onzeker

Een grote, spannende uitdaging voor mij. Ik kwam destijds binnen als onzeker vogeltje. Hoewel ik op veel vlakken gegroeid ben en sterker ben geworden, is dat toch een beeld dat aan je blijft plakken, heb ik gemerkt. Nu ben ik daar zelf voor een groot deel ‘schuldig’ aan. Als Wajonger ben je niet verplicht om op je werk tekst en uitleg te geven over waarom je een indicatie hebt, maar ik ben daar altijd heel open over geweest.

Werk en privé

Mijn behoefte aan privacy is laag en ik heb nooit geloofd in het gescheiden houden van werk en privé. Die scheiding is, als je het mij vraagt, een illusie. Je neemt je eigen persoontje, met alles wat zich afspeelt in dat hoofd en lijf, altijd met je mee. Dus ook op je werk en zeker als Wajonger. Mijn collega’s zie ik vaker dan mijn familie en vrienden, vanzelfsprekend ontstaan er dan relaties (en ik heb het geluk dat dat hele goede relaties zijn geworden, vriendschappen zelfs). Dan voelt het voor mij raar om zo’n belangrijk deel van mijzelf verborgen te houden.

Ik zou het ook niet kunnen; ik ben een open boek of ik nu wil of niet. Als ik het er al niet uit flap dan zie je het wel aan de lichtkrant met neonletters op mijn voorhoofd. Bovendien, hoe kun je begrip en sympathie van je medemensen verwachten als je niet laat weten wat er loos is?

‘Echt’ onzeker

Daarmee bedoel ik niet dat ik aan één stuk loop te klagen of dat ik mijn omgeving voortdurend op de hoogte houd van waar ik last van heb (tenminste, ik hoop niet dat ik dat doe!). Mijn leidinggevenden en de collega’s met wie ik direct samenwerk weten dat ik een angststoornis heb. Op momenten dat mijn angsten mij belemmerden in mijn werk ben ik daar altijd zo eerlijk mogelijk over geweest. De angsten werden minder, mijn functioneren wordt daardoor steeds minder beperkt maar open en eerlijk ben ik nog steeds. En dat lijkt nu mijn valkuil te worden.

Authenticiteit

Ik geloof in authenticiteit, in het durven tonen van kwetsbaarheid en daarmee je echte zelf laten zien. Ook op het werk. Als mijn collega van de afdeling online marketing met statistieken, seo-trucjes en ander vakjargon aan het goochelen is en ik snap d’r niks van, dan zeg ik dat. Zij legt het uit en ik heb weer wat geleerd. Als ik een opdracht moet doen die ik heel erg spannend vind, zoals iemand interviewen, dan zeg ik dat. Erover praten helpt en waarom zou je doen alsof? Vragen zij zich alleen maar af waarom je in hemelsnaam al 10x naar de wc bent geweest in een uur tijd. Ik denk dat je uiteindelijk meer krediet opbouwt bij anderen wanneer je eerlijk bent over wat je niet begrijpt of moeilijk vindt, dan wanneer je aan het faken slaat. Dikke kans dat je door de mand valt, en dan? Eerlijkheid duurt het langst, toch?

No more bananenmilkshake

Is dat echt altijd zo? Hoezeer ik ook geloof in het delen van mijn kwetsbaarheid, ik weet uit ervaring dat het niet altijd de gewenste reacties uitlokt. Mensen zijn meestal begripvol, dat wel, maar wat ik steeds vaker merk: sommige mensen zijn gauw té begripvol. Ze schieten in de rol van ‘grote broer of zus’, de wijze raadgever die gaat uitleggen hoe je dit “moet zien” en hoe je dat moet aanpakken. Lange tijd slorpte ik al die goedbedoelde wijze raad en adviezen als een heerlijk calorierijke bananenmilkshake in mij op. Immers, de kans was in mijn geval aanzienlijk dat die ander – zelfs al was diegene 10 jaar jonger – zoveel meer levenservaring had dan ik, dus dan moet hij of zij wel gelijk hebben toch?

Maar is dat waar ik om vroeg? Is dat wat ik echt nodig heb? Lang was dat het geval vrees ik, want ik was bang, maar het gaat me steeds meer tegenstaan. De raadgevers-houding van sommige mensen – hoe goed bedoeld en logisch als reactie ook – gaat me steeds meer irriteren. Ik wil niet langer ‘begeleidt’ worden. Niet langer met zachte hand ergens naar toe gedragen worden of juist expres op de kast gejaagd worden om me hard te maken (want “zo is de echte wereld”). Het maakt dat ik me klein voel, machteloos en méér onzeker. Ik voel me betutteld.

No more drilpudding

Een vreselijk gevoel en tegelijk een goed gevoel! Het laat zien dat ik zover ben, dat ik klaar ben, dat er assertiviteit in mij aan het ontwaken is. En een besef. Het besef dat ik zelf iets zal moeten veranderen. Ik kan andere mensen niet veranderen, ik kan niet simpelweg ‘willen’ dat ze mij anders gaan zien of benaderen, ik zal zelf het voortouw moeten nemen. Ook op het werk dus. Hoe?

Door niet alleen maar open en eerlijk te zijn, maar ook duidelijk.

Niet zomaar meer spuien wat ik denk en voel, maar even tot tien tellen en nadenken over wat ik wil zeggen en waarom.

Duidelijk maken waarom ik deel wat ik deel en wat ik vervolgens verwacht van die ander.

Duidelijk maken dat ik niet vraag om een hand om me aan vast te klampen, maar gewoon meedenkende samenwerking zoek (op het werk) en het delen van menselijkheid (vrienden).

Mijn onzekerheid is niet opeens weg – ook al ligt mijn angststoornis niet meer aan de oppervlakte, het zal er altijd zijn -. Ook ben ik niet van plan dat deel van mezelf nu alsnog te gaan verbergen voor mijn leidinggevenden, te doen alsof ik alles snap, weet, kan en durf, dat gaat tegen mijn natuur en overtuiging in. Wat ik dit jaar zal moeten doen is duidelijk maken aan anderen (en vooral aan mijn leidinggevenden dus, wil ik uit de Wajong geraken) dat als ik mijn onzekerheid of kwetsbaarheid toon, ik niet voor hun ogen zal veranderen in een zielig hoopje drilpudding. Iedereen heeft onzekerheden en kwetsbaarheden, ook ‘reguliere’ mensen. Het waren niet de angsten en onzekerheden die mij destijds een Wajonger maakten; het was de onmacht om zelf met die angsten om te gaan en te kunnen functioneren ondanks die angsten. Die onmacht is nu weg, en dat zal ik moeten laten zien dit jaar. Laten zien dat ik in al mijn kwetsbaarheid, sterk ben, kracht heb en assertief kan zijn.

Onzeker assertief… ja dat kan! Wish me luck 🙂

 

8 thoughts on “Onzeker, maar toch assertief: kan dat? (Of, hoe ik mijzelf uit de Wajong wil werken)

    1. Haha gelukkig maar! Anders moeten jullie het echt zeggen hoor. Ja, ik ben er klaar voor en de omstandigheden nodigen ook uit om het aan te pakken. Geen idee of het lukt maar ik moet het proberen! Thanx meis ????

    1. Ik heb ook altijd moeite gehad met het ‘etiket’, zeker ook omdat zoveel mensen geen idee hebben hoe divers de groep Wajongers is. Maar ik kan niet ontkennen dat de regeling deuren voor me heeft geopend die anders (lange tijd) dicht waren gebleven voor mij. Nu is het alleen tijd om zelf verder te gaan. Ik hoop tenminste dat ik een uitzondering ben op de regel en het wel lukt om eruit te komen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.