Noem me een laatbloeier (weet iemand hoe het leven werkt? ik heb die memo in ieder geval gemist), noem me hoogsensitief (geluid! geur! licht! AAAAH!), noem me neurodivers (obsessief-compulsief? check!), maar meedraaien in het dagelijkse leven vind ik vaak behoorlijk lastig.
Er is zoveel dat moet, maar waar ik helemaal niet goed in ben of stiekem geen zin in heb. En waar haal je de tijd vandaan? Gelukkig ontdek ik de laatste tijd steeds meer handigheidjes die het leven makkelijker maken – en dat zit ‘m vaak in hele kleine, triviale dingen. Beetje jammer dat ik 40 moest worden voor ik die dingen ontdekte, maar beter een laatbloeier dan een nooitbloeier!
Voor sommigen van jullie zullen deze trucjes allang bekend zijn of zelfs helemaal niet nodig, maar geloof me, een ‘existentiële handicap’ is geen uitzondering en waarom zou je het jezelf niet zo makkelijk mogelijk maken?
Ik tip 4 (om te beginnen, want die tijd hè 😉 gadgets en trucjes die mij ontzettend geholpen hebben:
1. Vaste momenten met mijn dierbaren en inspirators
Roep jij ook altijd: ‘We moeten echt binnenkort weer eens afspreken’ en vervolgens duurt het maanden voor je elkaar weer spreekt?
Ik laat het contact met mijn dierbaarste familieleden, vriendinnen en mensen die mij energie geven als het even kan niet meer afhangen van dergelijke loze kreten. Met de mensen met wie ik het contact niet wil verwaarlozen (of weer wil herstellen) heb ik nu vaste terugkerende momenten waarop we elkaar spreken: elke maandagochtend koffiedate met Zus, elke donderdagavond videobellen met Zo en elke tweede zaterdag naar Ziezo. En hebben we geen standaardmoment vastgelegd, dan spreek ik aan het eind van een ontmoeting meteen een volgende keer af.
Ik ben een introvert met een laag energieniveau – andere mensen noemen het ook wel asociaal. Hoe je het ook wilt noemen, ik vind het lastig om contacten te onderhouden. De waan van de dag slokt me op. Hoe lief ik je ook vind, er gaan zo maanden voorbij voor ik de moed en energie bijeenraap om contact te zoeken en iets af te spreken. En hoewel ik geen heftige belangst meer heb, aan telefoneren heb ik nog steeds een hekel dus iemand opbellen, al is het mijn beste vriendin, moet ik me echt toe zetten.
Met een uitzondering: mijn moeder. Nu staat zij mij ook het dichtste bij en zijn wij zeer hecht, maar wat ook helpt is dat wij een vast moment in de week hebben waarop we samen koffiedrinken – wat er ook gebeurt. Met twee vriendinnen die net als ik een blog onderhouden maar nu niet bepaald naast de deur wonen, heb ik een vaste zoomsessie in de week. We praten bij en werken ondertussen aan onze projecten. Net alsof we nog samen op de redactie zitten. Win-win want zo houden we contact en werken we aan onze schrijfdoelen die anders snel het onderspit delven met al het andere wat al gauw prioriteit krijgt. Natuurlijk kan er iets tussenkomen, maar in principe staat de afspraak en spreken we elkaar dus wekelijks. Ik heb een vaste ochtend waarop ik om de 2 weken naar mijn goede vriendin en levensmentor ga voor een nieuwe dosis wijsheid en inspiratie. En sinds mijn broer en ik ontdekten dat we allebei van wandelen houden, spreken we om de zoveel tijd af voor een flink aantal kilometers in de natuur. Samen een activiteit doen, is vaak makkelijker dan op visite gaan of bellen waarbij de focus volledig op de sociale interactie ligt. En een activiteit kiezen die alleen van jullie samen is, versterkt de band. Zo zijn mijn vriendinnen mijn blogbuddies en mijn broer mijn wandelbuddy.
2. Noise sensitivity oordopjes
Noise sensitivity oordopjes zijn anders dan ‘gewone’ oordopjes doordat ze vervelende geluiden verminderen zonder geluid in zijn geheel te blokkeren of dempen. De oordopjes zouden zo zijn vormgegeven dat ze de geluidsgolven die je oor binnendringen stabiliseren zodat geluiden minder heftig klinken. Dit vermindert stress en gaat overprikkeling tegen. Mensen met hooggevoeligheid, tinnitus/hyperacusis, autisme of ad(h)d zouden volgens producenten en influencers baat kunnen hebben bij deze oordopjes.
Ik ben altijd gevoelig geweest voor geluid, vooral voor veel verschillende geluiden door elkaar. Ik raak dan al snel overprikkeld en gestrest (en reageer dan niet altijd even aardig). In de boekhandel kan het heerlijk rustig zijn als in een museum maar vaak ook heel hectisch: de telefoon rinkelt, de kassa piept, de airco suist, een collega naast je verheft haar stem voor een hardhorende klant en kinderen rennen gillend door de winkel. Help!
Beïnvloedt door Instagram-advertenties besloot ik twee verschillende merken oordopjes uit te proberen: Calmer van Flare audio en Loop.
Loop earplugs
De earplugs van Loop zien er hip uit en zitten goed in het oor. Voor op mijn werk in de boekhandel blijken ze helaas niet zo geschikt. De demping van het geluid is zodanig dat ik mijn collega’s en de klanten moeilijker kan verstaan. Als ik even helemaal in mezelf gekeerd wil kunnen werken zonder dat ik belangrijke omgevingsgeluiden mis, zijn ze wel prettig.
Calmer earplugs van Flare audio
De dopjes van Calmer gebruik ik het meest. Ze zitten prettig in het oor en vallen bijna niet op. Van geluidsreductie merk ik eigenlijk niks, dus eerst vroeg ik me af of ze wel werkten. Als ik ze in heb tijdens het eten, hoor ik mezelf echter kauwen dus ze doen zeker wel iets. Ook heb ik het idee dat ik minder geïrriteerd raak van geluiden in de winkel – mocht dit slechts placebo-effecten zijn dan is het me dat waard.
Ps. Een collega gebruikt de dopjes inmiddels ook en is enthousiast. Zij heeft misofonie (heftig reageren op eetgeluiden) maar met de dopjes kan ze gewoon samen met andere mensen eten zonder dat ze ergens last van heeft!
3. Een extra bestekbakje voor de vaatwasser
Rondslingerende broodmessen en lepels op het aanrecht met klodders pindakaas en vegen yoghurt als gevolg – wat een ergernis! AFP (mijn vriend) en ik proberen ons sinds kort aan te wennen onze gebruikte bordjes en bekers meteen in de vaatwasser te zetten (jaja, nooit te oud om eindelijk de opvoeding van je moeder te gaan naleven). Dat werkt nog niet altijd – de vaatwasser draait nog, zit al te vol of we zijn gewoon onvolwassen lui. Een tweede bestekbakje is dan echt een uitkomst. Geen gesmeer meer op het aanrecht en de vaatwasser inruimen gaat sneller – je zet het bakje met vies bestek in een keer in de machine en het lege bakje zet je op het aanrecht voor de volgende lading.
Bonustip: Deze lumineuze tip heb ik uit het boek ‘Het perfecte boek voor imperfecte mensen’ (‘How to keep house while drowning’) van KC Davis – bekend als @strugglecare op Instagram en @domesticblisters op TikTok. Ze deelt opruimtips die ook/juist goed werken voor mensen met een neurodivers brein (zoals autisme of adhd). Of mijn ocd (obsessive-compulsive disorder/dwangstoornis) ook onder neurodiversiteit valt, weet ik niet, maar dit is voor het eerst dat ik echt wat kon met opruimtips. De volgende tip komt bijvoorbeeld ook van KC Davis:
4. Manden voor de schone was (nooit meer vouwen!)
De was doen vind ik niet zo erg, de wasmachine doet immers het meeste werk. Maar alles vervolgens ook netjes de kast in krijgen, daar gaat het bij mij mis. Geregeld stonden er dan ook wel 4 of 5 manden schone was (we leven hier met drie volwassenen) te wachten om gevouwen te worden. En ook gebeurde het geregeld dat een lege mand opgeborgen kon worden omdat ik de inhoud al weer gebruikt had voor het ook maar de kast in was gekomen. Ondertussen stonden die manden flink in de weg en schoot het stofzuigen op die plekken er bijvoorbeeld ook al snel bij in.
Maar dat is verleden tijd, met dank aan KC Davis! Want wat is er mis met manden schone was? Niks anders dan dat ze in de weg staan. Moet echt alles gevouwen (of gestreken) worden voor het de kast in gaat? Voor shirts en broeken is mijn persoonlijke antwoord ja. Maar van klein goed zoals slipjes, sokken, hempjes en dingen als vaatdoekjes vind ik het niet erg om ‘uit de mand te leven’. Ik vouwde ze alleen maar omdat het zo ‘hoort’. Maar wie bepaalt dat eigenlijk?
Geniaal simpele oplossing: bewaar je schone was – gesorteerd maar ongevouwen – in manden IN de kast! De kast is netjes, er staat niets in de weg op de grond en je bent in een mum van tijd klaar met was opbergen. Dat ik daar zelf niet op ben gekomen!
KC Davis stelt een cruciale vraag:
Leven wij voor het huishouden, of doen wij het huishouden opdat wij kunnen leven?
Het huishouden moet volgens haar functioneel zijn en dan wel zodanig dat het past bij hoe jij bent en wat je nodig hebt. We leven niet om een perfect-ogend huishouden te voeren dat ons alleen maar energie kost. Ze komt met een paar zeer praktische oplossingen om het huishouden voor jou te laten werken in plaats van andersom. Zoals manden voor de schone, ongevouwen was in de kast dus.
Ik heb nu vijf mandjes in de kast staan (ik kocht deze bij de Action in verschillende afmetingen): een voor slipjes, een voor gewone sokken, een voor sportsokken, een voor beha’s en een voor menstruatieondergoed. Heb ik een was klaar dan pluk ik het kleine goed eruit en stop het in de daarvoor bestemde mandjes in de kast. (Ik moet er wel bij zeggen dat ik alleen zwarte sokken en zwart ondergoed draag – ik hoef dus geen paren bij elkaar te zoeken). Echt in een paar minuten gebeurd en ik houd alleen was over die ik wel netjes gevouwen of gestreken in de kast wil hebben. Geen bergen was meer overal en ik kan overal makkelijk bij om te stofzuigen (als ik dat wil 😉 ).
Heb jij handige tips om het volwassen leven makkelijker te maken? Deel ze hieronder in de comments!
X L
[Dit artikel bevat geen affiliate links. De producten die ik aanraad, heb ik zelf gekocht en getest. Ik krijg geen geld of bonus in welke vorm dan ook voor het aanprijzen van deze producten, noch een commissie wanneer je het product via de link aanschaft.]
Uitgelichte afbeelding: Zetong Li op Pexels